consolideren:
- con·so·li·de·ren
- werkwoord
- tegenwoordige tijd: ik consolideer / wij consolideren
- verleden tijd: ik consolideerde / wij consolideerden
- voltooid deelwoord: heeft geconsolideerd
segregatie:
- se·gre·ga·tie
- zelfstandig naamwoord
- de segregatie
- meervoud: segregaties
enclave:
- en·cla·ve
- zelfstandig naamwoord
- de enclave
- meervoud: enclaves
- verkleinvorm: enclaafje of enclavetje / enclaafjes of enclavetjes
gemengd:
- ge·mengd
- bijvoeglijk naamwoord
- verbogen stellende trap: gemengde
- gemengder / gemengdst
- voorbeeld: gemengde school
extravert:
- ex·tra·vert
- bijvoeglijk naamwoord
- extraverte / extraverter / extravertst
introvert:
- in·tro·vert
- bijvoeglijk naamwoord
- verbogen stellende trap: introverte
- introverter / introvertst
exploratie:
- ex·plo·ra·tie
- zelfstandig naamwoord
- de exploratie
- meervoud: exploraties
anticlimax:
- an·ti·cli·max
- zelfstandig naamwoord
- de anticlimax
- meervoud: anticlimaxen
accreditatie:
- zelfstandig naamwoord
- de accreditatie
- meervoud: accreditaties
- = het accrediteren
observeren:
- werkwoord
- tegenwoordige tijd: ik observeer / jij observeert / wij observeren
- verleden tijd: ik observeerde / wij observeerden
- voltooid deelwoord: heeft geobserveerd
- = waarnemen